wat begon als vederlicht
groeide uit tot zwaargewicht
want door te flirten met passie
veel gesjoemel te weinig actie
een kamer huren was een optie
voor het uitgesteld orgie
aardbeien en champagne
waren ooggetuige van deze campagne
de trappen op naar niveau twee
een oude kamer met wc
een groot tapijt bedekt de vloer
een raam met uitzicht…
Weet je nog die avond
Bij het licht van de maan?
Weet je nog die avond,
Zie je ons nog gaan?
Een romance als nooit tevoren.
We fluisterden door geluk overmand.
De stilte deed zich niet storen,
We vertoefden in sprookjesland.
Wij samen, we bouwden een home.
Geen kasteel, nee eenvoudig en knus.
Jij bezegelde toen onze droom
Van de toekomst…
In 't kust-pension kwam liefde hem bezoeken.
Zij at haar visje en zijn hart werd warm.
De zoutpot gaf hij haar met blijde charm'
en hij sprak Engels zonder een woord op te zoeken.
Zijn lieven thuis geraakten in het duister
want in zijn knieën kwam een oud gevoel.
Hij schertste wervend naar zijn zondig doel.
Zijn nieuwe pak gaf hem '…
de voordeur half uit het hengsel
klappert droefgeestig heen en weer
binnen hangt een lichte kamfergeur
en een vleugje lavendel, van ,,heur''
op zolder waar de planken kraken
staan wat dozen onder stof
en er ligt zo maar in de kijk
een bundeltje brieven
terwijl ik erover strijk
knapt het rose strikje
de enveloppen droog en vergeeld
zijn…
Ik keek niet op van zijn geslachtsdeel
maar zijn woordenschat
was twee meter langer
het leek wel een opgerolde tuinslang
die ik uitrolde met meer woorden dan dromen
minder letters dan zinnen
leken te zeggen, regendruppels
bleken te verwoorden
steeds weer op weg
naar andere lakentuinen
in mooiere beddenduinen
begon de zinderende zomer…
Proeve van thans in onbruik geraakte dichttrant
Op de burgwal staat de dame,
Doek en wangen nat van tranen;
Want een dame in de romance
Moet zich steeds ellendig wanen.
En de maan ziet op haar neder,
’t Stormt uit alle hemelstreken;
Want in de romance mogen
Maan noch stormwind ooit ontbreken.
En de dame wringt de handen,
Kan haar onrust…
Romance
In 't eenzame hutje
Sleet COLMA bij winter
De slepende nacht.
De noodstormen huilden,
De springvloeden gierden,
En 't ijs loeide in 't rond.
Een dwarrelend lampje
Verspreidde aan de kleiwand
Een nevelig licht;
Gelijk bij de doden,
De statige doden,
De lijklampen doen.
Daar zat zij en treurde,
Zo eenzaam, zo ledig,
Zich…