Ogen groen en blauw met lange wimpers als accenten,
ze kwamen samen in maagdelijkheid.
Verlegen en zacht streelden vingers
elkaar in onschuld en liefdevol verlangen.
Jouw groene hart nam je mee.
De overkant lokte je naar nieuwe ervaringen
waar je vruchten schonk in nieuwe levens.
Vingers blauw en koud.
Ze bevroren een hart in droef geklop…
Jij was eerst zo verlegen.
Toch ben je niet gebleven.
Het gras, groener aan de overkant.
Hem vond je beter, interessant.
Jij was eerst zo verlegen.
Je bent bij hem gebleven.
Hem ook een kind gegeven.
Ik ben alleen gebleven.
Hier zit ik,
heel verlegen...
met een groene lach.…