inloggen

Gedichten

gedicht (nr. 1.043):

Toen wij nog jong waren

Toen wij nog jong waren en de wereld nog oud was
en wij in een ver land op hoge bergen stonden
en in het dal diep beneden een lange roerloze
roestige trein zagen, onbestaanbaar alleen

in het oog van een hevige leegte, riep jij
terwijl je de hemel een kushand toewierp
ik ben een reisgids kinderen
leer mij lezen

en 's avonds op het plein onder kwijnende palmen
waren er wijn en olijven en een ritselend zwijgen
uit klagende kelen en het donker was week
op het scherp van de snede, en jij
jij kocht het ondraaglijke lot van een blinde
en riep het oor drinkt

nu is het dus later, een avond na jaren, de dood
stille trein is vertrokken, de tijd van het lot
is verstreken, je reisgids ligt open

onder eendere oudere bomen drink ik
de hese stem van je woorden, hoor ik je stilte -

------------------------------------------------
uit: 'een glas om te breken', 1998.

Schrijver: Gerrit Kouwenaar
Inzender: rv, 23 november 2006


Geplaatst in de categorie: individu

3.0 met 19 stemmen aantal keer bekeken 9.523

Er is 1 reactie op deze inzending:

Naam:
Nelleke
Datum:
23 november 2006
Email:
noraatje_1999yahoo.com
Wat melancholiek...

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)