inloggen

Gedichten

gedicht (nr. 1.174):

Morgenzee

Onder de hemel,
bleek om Dag´s nadering,
drijvend gewemel
binnen de kring.

Dromende spiegel
zwijgend en afgemat,
in lome wiegel
glimmend en glad

Diep van de wolken
dalen de schimmen af,
Donker bevolken
´t groot watergraf.

Zo wel bevaren,
vreugden en leed ontvlucht,
doodmoede blaren
doodstille lucht.

Rimpels verdwijnen,
kleuren gaan doelloos om,
vluchtende lijnen
Keren weerom.

En van al ´t Zijnde,
drijvend Verdwijning in,
zie ik geen einde
of geen begin.

... Tochten (1917) ...

Schrijver: Jan Prins
Inzender: Hans Drenthen, 22 juni 2007


Geplaatst in de categorie: natuur

2.0 met 12 stemmen aantal keer bekeken 4.758

Er is 1 reactie op deze inzending:

Naam:
Peter Motte
Datum:
24 juni 2007
Email:
peter.motteskynet.be
Lijkt me ook geen al te beste gedicht, maar als je bedenkt dat de 'spreker' in het midden van de zee dobbert, vanaf het eerste vers, tijdens een zonsopgang, zal de score toch misschien hoger komen dan 4.

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)