inloggen

Gedichten

gedicht (nr. 1.492):

Al onze goede bedoelingen ten spijt

het jonge vogeltje dat wij verloren
wanen in het lage dichte struikgewas,

trachten te vinden, in de vaste overtuiging
het te redden van een zekere verstrengelingsdood,

vertrappen wij onder onze lompe laarzen.
de drenkeling te hulp schietend, duwen we kopje-onder.

we knijpen vlinders fijn, verminken het oog
op de vleugel, onderwijl kreetjes van bewondering

slakend, we stoten kinderen om
in onze blinde ijver lief te hebben.

onze omhelzing is omklemming, onze handen zijn te ruw
en behaard, ons hart te onbehouwen. het slaat te graag.

en zo staan wij ten slotte met in onze armen
een doodgedrukte baby, een engel in scherven.

---------------------
uit: 'Toendra', 2006.

Schrijver: Willem Thies
Inzender: wdr, 4 november 2009


Geplaatst in de categorie: liefde

3.0 met 74 stemmen aantal keer bekeken 28.165

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)