inloggen

Gedichten

gedicht (nr. 2.076):

De thuiskomst van de jagers

Niet alle vogels vliegen. Onopvallend
zitten ze in het diepvries zenuwstelsel
van de winterbomen. Eén op de tien, ’n ekster,
slijpt zijn veren aan de diamanten vrieskou
in de lucht.
Niet alle jagers razen schallend
door een woud, waar licht en groene tinten in
samen werken aan ’n atmosfeer die ’t hen
te moede maakt als snelle vissen
in een weldoorgloeid aquarium.

De échte jagers, één op tien
met deze mythisch-brooddronken bende,
gaan ’s winters onopvallend naar het bos
en keren, als de middag
de hand al uitsteekt naar de avond,
zwijgend terug, en hebben wat buit.
Hun rug is gebogen, sierlijk & somber,
zoals de honden die hen volgen. Maar
voor hén vliegt de éne vogel op,
vóor hen vliegt die ene vogel uit.

Nu komt er evenwicht op aarde.

De jagers komen terug, dalen af
in de hand des avonds, waar al tien
vogels rustig op stok zitten. Niet alleen:
op het monochrome ijs – zie de hemel – stoeien
mensen als kinderen, in ’t polderland,
dat aan deze kant de jagers binnensjokken
en aan de andere als een big ligt
aan de tepels van een plotseling rotsgebergte,
groeien massa’s fijne bomen, alsof ’t land
er al te lang lag, schimmel dat bewees.

En die éne vogel in de lucht? Die ekster?
Die zal als ’n zwaluw door de avond scheren,
de koude wind door van z’n eigen vlucht,
en met tranen in z’n oogjes kijken naar
de bevroren molen met die adembenemend witte deken
op het dak, de vrouw en, elders, de kar
met sprokkelhout, de snoeiende boer, de introverte kerken,
de oppermachtige bergwand, vaarten en daken,
het werk bij ’t vuur. En na die krakeling
zitting nemen tussen takken.

De jagers zijn dan thuis. Dan is
er evenwicht op aarde.

Schrijver: P.H.H. Hawinkels
Inzender: Redactie, 28 april 2012


Geplaatst in de categorie: wereld

2.0 met 15 stemmen aantal keer bekeken 4.674

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)