inloggen

Gedichten

gedicht (nr. 2.676):

Cascais

Ik sliep nabij een fontein
met mijn hoofd in jong gras,
ik droomde dat ik een klein
jongetje in Pamel was.

Een avond met bloesemgeur,
een vleermuis, zot als ik,
mijn moeder stond in de deur,
lachend, een ogenblik,

naar alles en naar haar kind;
zij zong, ik wist waarom,
zij zong zoals graan en wind.
Moeder, ik kom, ik kom.

Toen sprong ik luid op haar aan
en sloeg neer met mijn hoofd
op arduin; sterren en maan
flitsten en werden gedoofd.

Wie weet waar de droom begint,
waar de wind, waar het graan,
waar de moeder, waar het kind,
gekomen en gegaan.

Zalig ontwaken, in pijn
op haar schoot, en daarom
ontwaakte ik bij een fontein.
Moeder, ik kom, ik kom!
-------------------------------
Uit: 'Verzamelde gedichten', 1977.

Schrijver: Hubert van Herreweghen
Inzender: nt, 18 november 2014


Geplaatst in de categorie: ouders

2.0 met 1 stemmen aantal keer bekeken 3.581

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)