inloggen

Gedichten

gedicht (nr. 196):

HARBA LORI FA*

Zoveel soorten bestaan! Zoveel bevolking
om te lijden en lachen in deze heuvels vol stenen!
De vijgeboom staat gebogen in de richting van het zuiden,
boven ons het zachte snurken van een vliegtuig.
Mijn vriend wacht bij een struik met scherpe doornen.
Hij kent het verhaal van zijn ondergang,
we zien de glans van de zee
tussen galappels en distels, een zeil in de verte.
Alles slaapt. Geef mij een ander leven en ik wil het niet.
Schelpen en krekels, mijn kelk is vol eeuwige middag.
De stroom waaruit ik gisteren dronk had koel, helder water.
Ik zag de laurierboom weerspiegeld, ik zag hoe de schaduw
van de bladeren wegdreef over de bodem.
Dit was alles wat ik wilde. Harba lori fa.
Mijn leeftijd hangt aan een draad. Zo ben ik de spin
boven het pad. Die weeft zijn veelhoekige tijd
tussen braambos en braambos,
tot de wandelaar voorbijkomt op weg naar de haven,
de wandelaar die slaat met zijn stok.

- - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -
uit 'Zo kan het zijn' van Cees Nooteboom (1933)

* de titel van dit gedicht van Nooteboom verwijst naar een middeleeuws lied van Hertog Jan I van Brabant (1254-1294) met als titel:
Harba lori fa.
De meest waarschijnlijke vertaling van deze Provençaalse woorden luidt:
'het gras staat in bloei'. (red. Nederlands.nl)

Schrijver: Cees Nooteboom
Inzender: P.R., 19 januari 2003


Geplaatst in de categorie: natuur

3.0 met 38 stemmen aantal keer bekeken 12.845

Er is 1 reactie op deze inzending:

Naam:
tineke
Datum:
25 januari 2003
Email:
erg mooi
u spreekt met uw hart

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)