Ode
Kind van voor de oorlog,
doch van in het interbellum toch,
kind opgegroeid in de crisisjaren,
het kind dat ik nooit kon evenaren.
Kind door dat geworden,
zonder luxe, zonder borden,
hebt ge u door het leven gesleept,
u, het kind met wie ik heb gedweept.
Ik prijs de tijd rijk oh moeder,
gij waart immer mijn hoeder
tegen alle mogelijke gevaren
in mijn tijd der onschuldige jaren.
Mijn kamer kan ik behangen
met groots, grijs of klein verlangen,
wees zeker, vergeef me al de pijn,
wees zeker dat ik uw schepsel zal zijn.
Geplaatst in de categorie: emoties