Voor Marloes
Haar lange bruine lokken, vurig koppig en tegelijk zo zacht,
Vanavond netjes, glanzend, boven haar schouders omhuld door zacht katoen -
weerschijnen samen met haar jonge mooie kleren,
en de glimlach rond haar ogen, de zachtste schittering in haar blik,
mild, onrustig soms, vrolijk en met vrouwelijke kracht,
is zij de Koningin van Pasen, en haar handen raken nu verstild -
ze voelt de lente, en haar hoop, in het licht van de kaars op tafel,
en om haar pols, of om haar hals, of in een briefje in haar broekzak, rust, ik hoop,
een teken van liefde, een amulet, een kwetsbaar warm willen,
dat als de zon haar vinden zal, gul en lief en vurig koppig, en tegelijk zo zacht.
Geplaatst in de categorie: liefde