Alter Icarus
Uitgestrekt, verraderlijk,
Ons gangenstelsel, onze monstergrot!
Zelfs wij, de architecten,
Vergaten onze weg naar de vrijheid
En dwaalden door de koele krochten
Wimperslag - de tijd geeft vleugels
Onwennige ledematen van was en veren
Zonlicht nodigt ons hoog uit
Voeten los van de vochtige stenen
We stijgen op in hemels blauw
Mijn vlucht duizelt
Stormt door Helios' vlammen
Duikt door het kolkende schuim
Stymphaliaanse derwisj, bandeloos
Jij vliegt moeizaam
Ploegt de wind met zwakke slagen
Kon ik je maar dragen!
Ik kan je alleen inspireren, misschien
Als we vallen, vallen we samen
Als gelouterde druppels in de oceaan
Waar we eindelijk gelijk zijn
Maar groeit voorbij de golven gras
Dan zoeken we de hoogste berg
En baden ons in ambrozijn
Uitkijkend over de archipel
Met zijn veel te hoge horizon
Daar zul je het voelen
Eindigheid, sterfelijkheid
En in de schaduw van onze olijfboom
Geluk
Geplaatst in de categorie: liefde