JE GAF MIJ DE BONS
Toen ik door ‘t eenzaam ging
dacht ik almaar vaker aan jou
Hoe je mij bij ’t oud vuil hing
zonder een spoor van berouw
Alles brengt nog herinnering
ook die trein die ver weg fluit
Ooit scheen jij een naïeveling
Deze naïeveling maakte ’t uit
Zachte zinnen op mijn lippen
die geen mens beluisteren zou
Onze liefde, ras op de klippen
bracht mij eeuwig in de rouw
Ruisen deden droge bladeren
waar ‘t leek of jij daar praatte
Of ik je zacht hoorde naderen
om mij nooit meer te verlaten
Toen ik door ‘t eenzaam trok
dacht ik almaar meer aan ons
Ik wilde dat ik wakker schrok
en gedroomd had van de bons
Zie ook: http//www.ansentonrijkers.nl
Schrijver: Ton Rijkers, 17 november 2010
Geplaatst in de categorie: ex-liefde