Naar het strand
Naamloos voegen wij ons in de stromen,
eendrachtig in ‘t gezinsverband,
elkeen in zijn glanzend onderkomen,
schuifelen we tevreden door dit rijke land.
Waar elke vluchtweg wordt ontnomen,
zet ik de stomende auto aan de kant;
naast ons zie ik nog een rookpluim komen,
zoveel ellende, …dat schept een band.
Eindelijk het bordje - strand -
van een parkeerplaats kunnen we alleen maar dromen,
wij vinden nog geen plekje voor een krant.
Maar geduld en volharding doet belonen,
tevreden zittend tegen Hollands duinenrand
zien wij nog net de laatste zonnestralen komen.
De zon verzinkt, we gaan zoals we zijn gekomen.
Het water knabbelt aan het zand
en onbeheerd blijft achter ons het strand.
Geplaatst in de categorie: landschap