Goudse blues
Ik slenter van café naar café,
een Southern Comfort hier, een Deugniet daar,
ik blaas Nothern Light in de neusgaten van
sexy opgedofte jongedames met rode slips,
die boven hun strakke jeans uitsteken,
terwijl ik een Westmalle opslurp, denk ik
aan de strakke bollen, die door de halve
kroeg begeerd worden.
Haha, stomdronken cowboys, ze knipoogde naar mij!
Mijn knetterwiet uit Malawi alarmeert de bodyguard
van het VVD-publiek in een bovenaardse kroeg, zij
stoot me met haar versteende koplampen naar de
uitgang, waar een hulpsoldaat van de wietcentrale
me een troostjoint schenkt, die alle blues wegblaast.
Later vind ik de kroegkoningin wijdbeens in mijn bed.
De vlooien en de bedmijten bijten zich in haar vast.
'Verdomme, wat heb ik een jeuk!', klaagt ze.
'Krab jezelf maar!', antwoord ik,
wat later het stadhuis platbrandend en een gedicht geplant.
Geplaatst in de categorie: moraal