De Schepping 1
Genesis 1 - 1:5
Er heerste chaos overal
Van alles was er niets
Er was toen zelfs nog geen heelal
Laat staan een boot of fiets
Het was een bende her en der
Maar God zweefde reeds rond
Hij zag het zooitje aan van ver
En dacht: ~Aan ’t werk, terstond
De armen uit de mouwen dus
De handen aan de ploeg
Hier ligt een hele zware klus
In zweterig gezwoeg~
Hij schiep een grote grauwe bol
Slechts water zonder grond
Die draaide als een duistere tol
Zijn kringetje in ‘t rond
Hij hing toen ook een peertje aan
Het hemelse plafond
En heeft de knop op ~aan~ gedaan
Waardoor er licht ontstond
En ’s avonds bij het slapen gaan
Deed Hij de lamp op ~spaar~
Die bleef zo tot de ochtend staan
De eerste dag was klaar
Geplaatst in de categorie: lightverse