Het Licht van `s nachts oog.
De nachtwind streelde het waterdak.
Gelijk een kam het kroos strijkt.
Strak.
Het oog verrijkt.
De donkergroene en zwarte vullingpracht
Van deze natte bosbonbon
Verhult zilverkleurige larven van de nacht.
Het maanlicht spiekte door het wolkendek.
Zoals een knipoog de weg verkort.
De waterspiegel lekte verrast, wat gek.
De oever van de zomer, het gras verdort.
De zindering van zond en zomerzwoel
Draagt de vlinder van bloem naar berm
Voorts schreden tijd en ruimte, ik bedoel:
Wat is Gods creatie toch vrolijk en ferm.
Geplaatst in de categorie: natuur