halverwege de nacht
heel stil omhelst de zon het betreden pad
wanneer de dichter woorden laat vervagen
in ondergrondse, nachtelijke lagen
die nog schemeren doorheen zijn zielensmart
hij schikt het zwijgen in ’t bleke ochtendlicht
onder de grimmige wolken op de ruit
verzamelt zinnen voor zijn stervende bruid
wanneer zij het uur volgt zonder morgenzicht
en in die stilte van lijdzame dromen
heeft hij zijn liefhebben nooit verzwegen
als was hij uit haar tere schoot geboren
niet meer in staat om het einde te keren
opent de nacht nog één keer haar ogen
en begint het web rond de dood te weven
Geplaatst in de categorie: afscheid