op een slotgracht na
ik was de koning
in mijn fort
de wereld op
een slotgracht na
lag aan mijn voeten
maar in het minzame
begroeten bespeurde
ik hun achterdocht
want ik was rijk
vanuit mijn plaats
door afkomst al gegeven
kon ik hen laten beven
juist ik vocht
voor hun leven
als mijn onderdaan was
ik met allen zeer begaan
nooit heeft iemand
mij verteld waarom dit
standsverschil is ingesteld
ben geboren en door religie
uitverkoren om te heersen
over mens en beest
ben ik nou God is het mijn
waarheid die nu spreekt
Geplaatst in de categorie: liefde