rangeerheuvel
Wij, in dit gespreide park. Loom van droom.
Groen nog van klaver en rood van rozen.
wringen de bodem open. Scheuten water
in droge monden en licht achter zwarte ogen.
zoeken barsten in de omklemming van de stam.
Basismieren volgen kromme koninginnen. Sleets
zijn hun vage kleden. Scheef de gesteven boorden
van de klerken. Klokkenluiders slijpen hun pennen.
Wij, languit in nat gras.
Geplaatst in de categorie: moraal