Complex
Achter haar westerse kleren
straalt een oosterse prinses
en in haar vurige ogen durf ik
niet te kijken ( bang dat de
tijger springt ) te lang zonder
streling maakt haar lichaam boos,
boeken vallen en zij raakt mij aan
maar nog zal ik niet kijken, zal ik
niet dulden dat ik haar verscheur of
zij mij, dat weet je nooit, dat ik woest
verslind wat zij minzaam uitlokt. Nu ik
rond mijn dertigste schuifel als een kind
van drie, tranen verberg, moet ik mij wel
inhouden, om niet alle vrouwen tot moeder
te bombarderen. Ik sla mijn hersenen tot
bloedens toe, want zij is niet mijn moeder
het is geoorloofd, oioi, dat poesje!
Laatst zag ik haar terug, ouder natuurlijk
en met een bril, ril-ril, ze raakte met haar
rechterborst heel even mijn linkerschouder
aan, zo zie je maar met hoe weinig zachtheid
ik, een en al vuur, genoegen neem. Ze zou
maar verbranden. Ik moet mijn kop houden,
het kleine eren en oosterse schoonheden
voorgoed vergeten. Heb mijn lidmaatschap
al teruggetrokken. Toch, wreed lot, blijf
ik hopen, want mijn rebellie is grenzeloos:
Oioi, dat poesje!
Geplaatst in de categorie: erotiek