Voedertijd
In de bus naar Soesterberg
liet ze het flapje
naar voren vallen
als een ophaalbrug.
De opgezwollen borst
keek bevrijd en vrolijk
om zich heen met een
keihard, lokkende tuit
om mijn eeuwige dorst
even te tarten, want
het gelukkige hummeltje
plakte er snel aan vast
zoals ik zonder glas
mijn biertjes drink.
De moeder knikte naar mij,
had me wel door en ik
keek met mijn droge mond
verlegen opzij. Buiten
zag ik daar tot mijn schrik
een kalfje in de wei...
en die koe had vleugels.
Geplaatst in de categorie: lichaam