Deel II: De terugkeer van de koning
(Een epos in 4 delen)
Van diamant zijn ogen, doorborend wat hij ziet
Twee meter in de lengte met voeten van graniet
Bruinrood gekleurde aderen, een marmerwit gelaat
en om zijn koene schouders een groflinnen gewaad
En als de wind zijn haar bewaait
zijn bulderlachen vrees bezaait
Behoede men zich en beraadt
heer Alpha is gekomen!
De wederkeer der zwaarden, zes helmen in getal
berijden ruige paarden, verkennen het Ochtend-dal
Zij zijn zich van ‘t gevaar bewust wat ruigheid mede brengt
Daar in het dal van haren zwart en goud en adamant
Dan als de mist hun blik vervuilt
de wind langs stenen helling huilt
wint angst des mensen harten
vervloekt door oude smarten
Zes ruiters stout en statig, zij ruiken mijlenver
de sporen die zij volgen versnipperd her en der
Zes ruggen naar het licht gekeerd met wapperend banier
Het meer spiegelt hun wangestalt nog ongezien van hier
Geschokt zijn zij door bulderlach
die nogmaals klinkt in volle kracht
Vanwaar is hij gekomen?
Hoe is hij hen ontlopen?
Geplaatst in de categorie: mystiek