Enfin
mijn haar
nog immer lang,
over oren op weg
naar schouder
verdunt in allerijl,
havens komen in zicht,
op het slagveld
ruist het voorlaatste riet
het wordt er kouder
is het vizier
op mijn zwanengezang
gericht
raakt dan ook
de geest gekweld,
wordt mijn kijken
naar nog meer staren overgeheld
dicht ik almaar dichter dan verlicht
en strooi ik verder naar de einder uit
totdat er zes geschaafde vierhoeken
uit een catalogus worden besteld
ja, zo'n winteravond
deelt geen lentegebaren
enfin,
zo overdenk ik het geringste
en tracht de aanval op de uitval
van een pronkjuweel
met ledigheid te verklaren,
tokkelend langs mijn
ijdele citersnaren
dat wel!
Zie ook: http://blog.seniorennet.b.../julius_dreyfsandt_zu_schlamm/
Schrijver: julius dreyfsandt zu schlamm, 22 februari 2012
Geplaatst in de categorie: psychologie