in het huis
al het werkelijke dat ik je gaf
is geworden tot overbodigheid
en nu ik mezelf kleed
met gedempte wind, de uren van herfst
overhoop haal
verliest elk geluid een naam
mijn naam
die als een afgewezen groet
tussen houten lippen hangt
verzwakt
door de duizend splinters
van huiverige gezichten
ik val, onzichtbaar, uit dit geheel
mijn handen te koud
te klein
om vast te houden
Geplaatst in de categorie: psychologie