Memoires 1 tot en met 10
10)
in de derde klas
van de lagere school
voelde de meester aan
hoe ik kennelijk was
op een dag, zomaar
in het lopend jaar
schonk hij mij een hondje
Pascha was zijn naam
het huiselijk gezag stond daar
slechts tijdelijk voor klaar
niet uit onwil of iets dergelijks
hij was het zevende kind
en werd door mij enkel bemind
9)
wat ik nimmer vergeet
maar nu met een glimlach deel
is iets dat men mij verweet
ik was pas acht
dus nog een naïeve ziel
dagelijks liep ik naar mijn school
voorbij een Protestants aureool
ooit riep plots een gristelijke knaap
jij, ja jij, bent een Roomse paap.
8)
vrees was er in de nacht
onrust in mijn gevoel
een stuurloze gedachte
had haar in de macht
de oude lampenradio
met nog enkel middengolf
gaf vaak buitenlucht
en verjoeg de gespinde wolf
7)
zijn hand met korte
dikke vingers rustte
op die van mij
daaronder het tafeltapijt
als een warm bed
in een kort getij
een gebaar, zacht
dat een verlangen suste,
in een kleine omhelzing
de herinnering herkent
nog steeds de kracht
6)
bij mijn thuis stond een bed
dat was voor tussendoor
niet altijd op dezelfde plek
die bestendigheid ging teloor
ik leefde in de wereld van daar en hier
dus meestal tussenin
onderweg naar mijn oude jeugd
je stond niet stil bij de zin
5)
zij was oud en ver
de tafel tussen ons in
haar hart was zacht
zeker niet te min
ze gaf in stilte
alles wat zij bracht
doorheen het tikken van de klok
keek ik naar buiten
ik was het niet zelf die sprak
maar zat wel achter bejaarde ruiten
4)
in steen
ben ik nooit geaard
was al vroeg onderweg
telkens elders gebaard
ben altijd op reis gebleven
de koffer bij de hand
het gevoel aldoor wegedreven
wijsgerig was mijn verstand
3)
op het ijs, wit bekrast
zat ik op de houten slee
achter een vriend
ik mocht mee
het was meer dan schuiven
ik kon delen in de koude
en tegelijk aan warmte snuiven
de durende afwezigheid verflauwde,
voor even.
2)
hij was er altijd
vroeg in de avond
als ik mijn armen
om de lantaarnpaal
rond en grijs
even aan mijn lijf verbond
op die tijd was de straat
alleen voor mij
de merel floot zijn lied
immer blij
totdat het licht
ook die dag verliet
1)
op de trap
van de school
waar je toen werd bewaard
gaf zij mij een appel
ik ken haar nog bij naam
een gift in mijn gevoel geaard
veel later heeft ze nog
voor onze deur gestaan
het was te vroeg
is op verzoek weggegaan
... fragmenten uit het leven,,,,thans de jeugd ...
Zie ook: https://www.youtube.com/user/dreyfsandtzuschlamm1
Schrijver: julius dreyfsandt zu schlamm, 22 februari 2017
Geplaatst in de categorie: individu
Knap geschreven.