archivaris
de dagen slijt hij in een ver verleden
omgeven door stellages met papier
verborgen in een lusthof vol vertier
z’n godentuin kent geen erfdienstbaarheden
het later komt aan hem voorbijgeschreden
in teksten nog geschreven met de hand
wat vroeger was herhaalt zich haast gênant
de nieuwste paden zijn reeds lang betreden
wat is het leven meer dan eb en vloed
hij heeft de golven vaak zien gaan en komen
doch telkens weer de dageraad ontmoet
en ongeschokt ziet hij het beeld van nu
het wordt voor kennisgeving aangenomen
dan lacht hij stil en mompelt: ‘déjà vu’
Geplaatst in de categorie: tijd