cobra
Door een gapende muil schoof een flard
een dij van de gazelle.
Ze kwam zich laven aan de poel
slinkend in de ongenadige hoogtezon,
krioelend van krokodillen.
Zo stel ik me gevaar voor
kiezen tussen dorst en dood
in een onbewaakt moment.
Of als de cobra die door het rijstveld sluipt
een drassig paradijs voor ratten
en ons lemen huis vindt
om te rusten in de kelder
waar wij tamme belagers worden.
Water sijpelt langs de roestbuizen.
De cobra houdt zich kaarsrecht
Roerloze snoet
Flitsende tong
Haar lichaam is één maag
Die haar prooi dwingt in de slanke, soepele darm.
Koudbloedig verzoent ze verrassing en stilte
Hoe verbind je de wieg en het graf?
De oppergod spant een koord waarop we wankel dansen.
Overleven is een deugdelijk talent.
Geplaatst in de categorie: filosofie