De consumens
Hij allerijlt naar Albert Heijn
en bonust zich naar binnen;
hij gruttert op vertrouwd terrein,
gelooft reclamezinnen.
De honger lekkert in zijn mond:
heeft snel wat snabbels nodig;
zo hollebollegijst hij rond,
geen ding is overbodig.
Hij winkelt laat, hij winkelt vroeg;
geboeid aan winkel-keten.
De consumens krijgt nooit genoeg
van eten en diëten.
Hij kingsizet Mars en meesterschap
voor vader, vriend en vrouw.
Hij Frisiaat de hele hap
en beetee-weet zich blauw.
Hij winkelt laat, hij winkelt vroeg;
de consumens krijgt nooit genoeg.
Geplaatst in de categorie: actualiteit