Zeespiegel
In een zee van bloemen lag het oog van God
als een rode wijnvlek op een wit tapijt.
Bloed en tranen vergoot zij vergeefs
op zoek naar veiligheid.
Geen man, vriendin of verwant verschafte haar een haven,
geen bakens vond zij op haar pad.
Doelloos, dobberend dolen,
kapitein op een stuurloos fregat.
Tot zij op een dag in het water keek
en zichzelf in de rimpeling aanschouwde.
Een nieuwe koers ontstond alwaar
zichtbaar geworden schoonheid ontvouwde.
Zij werd de zon in haar eigen hart,
haar sterren in het donker.
Geen valse vrede of Lorelei verleidingen,
alleen haar innerlijk blonk er.
Geplaatst in de categorie: psychologie