lippenrood toont blauwe kou
witte vlokken dansen
hun kristallen in het zicht
ik zie het grijsgroen van je ogen
de tranen op je wimpers
in je winterse gezicht
je lippenrood
toont blauwe kou
ik weet je handen warm
smelt voor jou als vrouw omdat
jij die sneeuwbal naar me werpt
we glijden samen
onze baan die alsmaar
gladder wordt, willen
graag rechtuit, de voeten stil
voordat de bocht ons smoort
we rollen winter in een bal
en maken zo zijn beeld met
wortelneus en bezemstok
twee zwarte kooltjes uit het hok
we zijn daar jaren niet geweest
Geplaatst in de categorie: liefde