CRI DU COEUR
de zwarte tanden ratelden, de bus
slikte de boodschap als gedane zaken
bestempeld en bestemd, het zou haar smaken
de brief was klaar, bezegeld met een kus
de woorden had ik uitgeperst als pus
ik wist niet dat het kant noch wal zou raken
want niemand hielp over mijzelf te waken
ik liep maar rond, gevangen in een lus
van binnen huisden vuurspuwende draken
die bralden over merel, over mus
en plots besloten alles uit te braken
wie was zij: moeder, minnares of zus?
die noot liet zich pas na de lichting kraken
het was geschied en min maal min werd plus
Geplaatst in de categorie: eenzaamheid