inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1849 - 1907

poëzie (nr. 829):

Weerspiegeling

Grimmig snellen rondgerolde wolken,
Eindeloos grote kluwens, aan door ’t blauw.
Doodse stilte! Toch, ze naadren gauw,
Scherp weerspiegeld in de molenkolken.

Schelle fonkling van miljoenen dolken;
Dan de donder; en, van regen lauw,
Schudt de wind de hechte molenbouw,
Loeit het rund, dat wegvlucht, ongemolken.

Zuiver, als geslepen edelstenen
In een rand van donker goud gevat,
Spiedt de klaproos door de halmen henen,

Glanst de koornbloem helder na het bad;
En het paard, met glimmend stijve benen,
Scheert de klaver, koel en druipend nat.

Schrijver: Jacob Winkler Prins
Inzender: JM, 12 februari 2006


Geplaatst in de categorie: natuur

3.0 met 8 stemmen aantal keer bekeken 3.188

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)