inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1864 - 1924

poëzie (nr. 887):

DE DOOD VAN MEI

En in zich voelde zij het laatste: wil,
De allerlaatste wil der stervenden,
De wil tot doodzijn die het zwervende
Mensengeslacht doet stilstaan en hen drijft
Van zelve naar de grond waar ’t lichaam blijft.
Ze duizelde en in die duizeling
Werd ze zo licht, een veer die uit de zwing
Der duive valt: ze daalde en viel niet:
Zo valt een riethalm over in de vliet.

Zó als een kind dat in het leven was,
Zó als een bloem van zomerrood in ’t gras,
Rode papaver die nu neder ligt,
Zo lag ze en der zonne laatste licht
Scheen op haar, maakte haar een weinig rood
En goud voor ’t laatst – en ging toen met haar dood.

Mei ( 1889) fragment

Schrijver: Herman Gorter
Inzender: adm, 31 mei 2006


Geplaatst in de categorie: jaargetijden

4.0 met 14 stemmen aantal keer bekeken 4.056

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)