inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1863-1919

poëzie (nr. 4):

'k Ben Brahman. Maar we zitten zonder meid.

'k Ben Brahman. Maar we zitten zonder meid.
Ik doe in huis het een'ge dat ik kan:
'K gooi mijn vuilwater weg en vul de kan;
Maar 'k heb geen droogdoek; en ik mors altijd.

Zij zegt, dat dat geen werk is voor een man.
En 'k voel me hulp'loos en vol zelfverwijt,
Als zij mijn lang verwende onpraktischheid
Verwent met wat ze toverde in de pan.

En steeds vereerde ik Hem, die zich ontvouwt
Tot feeërie van wereld, kunst en weten:

Als zij me geeft mijn bordje havermout,
En 'k zie, haar vingertoppen zijn gespleten,

Dan voel ik éénzelfde adoratie branden
Voor Zon, Bach, Kant, en haar vereelte handen.


Zie ook: http://www.nederlands.nl/...edermap/proza/proza/69502.html

Schrijver: J.A. dèr Mouw
Inzender: J.M., 19 oktober 2001


Geplaatst in de categorie: filosofie

4.0 met 29 stemmen aantal keer bekeken 1.474

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)