inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1885 - 1933

poëzie (nr. 963):

Diepe verachting...

Diepe verachting is in ons gekomen
Voor de bloedbruiloft in wereldzaal, -
En de vernedering: dat niet voorkomen
Werd dit aanzitten ten dodenmaal; -

Diepe verachting en de bitternisse
Dat wij de beker dronken van het bloed
En toch de hand niet vloekten, de gewisse,
Die beker doopte in de rode vloed.

Afkeer van ons, die met ons denken reikten
Naar de vernietiging van evenman; -
Afkeer van ons, die met de daad bereikten,
Dat uit de schedel bloed vloot als uit kan.

Afkeer van ons, die leefden om te leven
Dit diep meedogenloos verschrikt bestaan,
Waarin werd staal in mannenlijf gedreven
Bij slaande trom en wapperende vaan.

Afkeer van ons, die vaderlandse zangen
Aanhieven uit een kinderlijke waan,
En als beschonkenen, daarin gevangen
Elkander stieten met de wapens aan.

Afkeer van ons, die sluipende beleerden
Eenzame post op smalle heuvelkam.
Met klinkend schot de hoge nacht beroerden;
O de gesmoorde kreet, die uit hem kwam.

Afkeer van onze ogen bloedbelopen,
Van onze lijven in soldatenpak,
Van onze knieën, die langs heuvels kropen,
Van onze vuisten waar het mes uitstak.

Van ons verstand afkeer, waarmee wij wisten
Te maken het verdragende kanon,
De handgranaten en de duizend listen
Waarmee de haat op nieuwe moorden zon.

Van ons bestaan afkeer, van onze monden
Gestadig drupt een gallig gelig vocht,
Wij proeven neerslag, die wordt afgezonden
Op onze tong, uit donkre slangenkrocht.

O Socialisme, ooit aan ons verschenen
Licht, dat de herleving heeft beloofd,
Kom haastiglijk, verschijn, want wij verstenen,
Stil staat ons bloed en lichtloos wordt ons hoofd.

Opstandige liederen

Schrijver: Abraham van Collem
Inzender: A.V., 4 november 2006


Geplaatst in de categorie: oorlog

3.0 met 11 stemmen aantal keer bekeken 3.852

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)