inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1859 - 1938

poëzie (nr. 1.107):

Licht

Er stroomt door mijn gemoed in stormend klateren
Een wilde zee, waarop ik rijs en daal, -
Een drup... een englen-blik, maar elke straal
Danst als het springen van bezeten sateren.

Ik hoor demonen uit de diepten schateren,
Schel door der serafijnen rein koraal,
En hel-geloei dooreen met hemel-taal
Mengt zich in 't ziedende geklots der wateren.

O, lust! daar over mij de branding slaat,
Bij 't doffe bruisen der ontroerde baren,
Te zien hoe 't Leven om mij heen vergaat, -

Maar Liefde niet, en midden in het staren
Op 't rustig stralen van uw klaar gelaat,
Vereend met u, ter eeuwigheid te varen...

Verzen

Schrijver: Willem Kloos
Inzender: Redactie, 1 september 2007


Geplaatst in de categorie: liefde

3.0 met 4 stemmen aantal keer bekeken 3.989

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)