De avondwolken
Toen zag ik uit in de avond
En keek in de wuivende hemel,
Zoals een plant in de avond
Alleen op een zonnige heuvel,
Zoals een zwijgende vogel,
Die rust op een eenzame heuvel,
Onder de varende wolken
Van de eindeloos drijvende hemel
Van blauw en van goud; - en de wolken
Dreven als zachte gestalten,
Als tedere vreemde gestalten -
Zoals de zoete gestalten
Van wat ik mij droomde,
Van wat ik verwachtte,
Van wat ik hoopte -
Maar nimmer had!
Toen steeg het licht van de avond
Verre in de eindloze hemel,
Zoals een vlam van de avond
Drijft om een eenzame heuvel,
Zoals een stralende vogel -
En alle, als een brandende heuvel,
Zwollen de vlammende wolken
En bestegen de zwijgende hemel
Van blauw en van goud; - en de wolken
Dreven als grote gevaarten,
Als vlammende vreemde gevaarten -
Zoals de gouden gevaarten
Van wat ik beminde,
Van wat ik verlangde,
Van wat ik begeerde -
Maar nimmer had!
Toen zonk de zwijgende avond
Om me, als een mist uit de hemel,
Als om een boom zonk de avond,
Als om een duistere heuvel,
Als om een donkere vogel,
Als om een graf op een heuvel -
Zo zonk de nacht uit de wolken
En zeeg de verduisterde hemel
Rondom mij heen; - en de wolken
Dreven als vage gedaanten,
Als vluchtende vreemde gedaanten -
Zoals de bleke gedaanten -
Van wat ik beklaagde,
Van wat ik betreurde,
Van wat ik beweende -
Maar nimmer had!
Uit stilte en strijd (1909)
Schrijver: C.S. Adama van ScheltemaInzender: Redactie, 13 september 2021
Geplaatst in de categorie: eenzaamheid