De Lichten
Een leven ligt verbeeld in de enkele gedichten,
Die bij 't verstrijken van de jaren schaars ontstaan:
Zij liggen wijd verspreid, zoals de vuren aan
De kust, die land en zee gedeeltelijk verlichten.
De zeeman ziet de snelle schemer die zij stichten
In 't bouwland, en de bundel op de rotsen slaan,
En met een koene zwaai de waatren overgaan,
De ruimte door, - en dan in nacht en nevel zwichten.
Hoe weinig is zijn oog verschenen en hoe kort
Ontwikkelt beeld aan beeld zich, waar de stralen treffen.
Toch is het hem, alsof de hemel dieper wordt,
Wanneer die lichtzuil in 't omringend duister schiet:
Zo doet een vers alleen 't vele des levens niet,
Maar 't enkele in ons, dat oneindig is, beseffen.
Eerste tochten
Schrijver: Jan PrinsInzender: Redactie, 26 april 2011
Geplaatst in de categorie: literatuur