BLAUW
Als 't zonnetje speelt door het knoppende hout,
Het koeltje zo zacht langs de wetering strijkt,
De merel haar nest in de meidoren bouwt,
En de aard wel een bruidskleed van bloemen gelijkt,
Begeven zich trouwe gelieven naar 't bos
En zoeken er maartse viooltjes in 't mos.
Wie het aanschouw'
Wete, dat blauw
Altoos in Holland de kleur was van trouw!
Dan schikt hij de bloempjes met zorg bij elkaar
En vlecht ze tezaam tot een geurige krans;
Die windt hij zijn liefste om het golvende haar,
Als tooi voor de avond bij spel en bij dans.
Wat kleurt bij het blond die violenkrans goed!
Zij hecht hem een tuiltje van blauw aan de hoed.
Wie het aanschouw'
Wete, dat blauw
Altoos in Holland de kleur was van trouw!
En neemt bij de linde het dansen een eind,
Dan schikt hij de krans van violen terecht
In 't maanlicht, dat zacht op de bloemekens schijnt,
En kust er zijn liefste, die fluisterend zegt:
"Mijn beste, bedenk toch, dat moeder mij wacht;
Een laatste goênachtkus, voor 't laatst nu goênacht!"
Wie het aanschouw'
Wete, dat blauw
Altoos in Holland de kleur was van trouw!
De Banier(1870)
Schrijver: Frederik HemkesInzender: Han Messie, 5 mei 2011
Geplaatst in de categorie: liefde