Willig sterven
'Opblijven' noemden wij ’t in onze kinderdagen
Niet vroeg te bed gaan, en ’t was hard te verdragen
Te moeten rusten als de zon pas onderging.
Die kindsheid komt weerom; is ’t niet een wonder ding?
Hoe dat men ouder wordt, hoe m’ouder zoekt te wezen:
Opblijven is de vreugd, te bedde gaan het vrezen
Van alle menslijkheid! ’t Schijnt dat de tijd hiernaar
Iets zonderlings belooft dat levenswaardig waar’,
En daar m’om wensen mocht nog heel lang op te blijven -
Om ’s werelds end misschien, en grafschrift te beschrijven?
In ’t einde komt de vaak, ’t is hier graveel, daar jicht,
Hier monden zonder tand, daar ogen zonder licht,
En ogen, die zichzelf, gelijk die van de kind'ren,
Ophouden met geweld, en vanzelf voelen mind'ren.
Wel hem, die, zonder dat, godvruchtelijk bedacht,
Heel gaarne en heel gerust kan zeggen: 'goede nacht'.
-----------------------------------------------------
iets zonderlings - iets bijzonders
graveel - niersteentjes
ophouden - open houden
zonder dat = zonder protest
Inzender: Redactie, 14 mei 2011
Geplaatst in de categorie: tijd