inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1863-1923

poëzie (nr. 4.133):

Uchtend

De mist, uit zilverpeerlen als geweven,
laat in de rozige uchtendschemering,
de helling langs der grauwe heuvelkling,
zijn golvend waas naar 't Westen toe verzweven.

Ter kimme heeft, uit donzen wemeling,
een rozewolk heur gouden wiek geheven.
Door 't dorre hout, waarin de druplen beven,
schiet de eerste schicht zijn schelle schittering.

En sidrend beuren slanke populieren
zich op uit kille dauw, die langs de vliet
in flarden zijn sluier af laat slieren.

Geen leeuwrik orgelt er een morgenlied;
op loden vleuglen schijnt de stilt te hangen;
slechts in de verte ruist de zee haar zangen...

Schrijver: Louis Couperus
Inzender: Redactie, 26 januari 2021


Geplaatst in de categorie: natuur

3.0 met 12 stemmen aantal keer bekeken 5.448

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)