Het sterfbed
Met zorg hield ons bedroefde kring
De adem in, om acht te geven
Hoe in haar borst de stroom van 't leven
Nog flauwtjes op en neder ging.
Elk onzer fluisterde zo zacht,
En stond zo machtloos op zijn benen,
Als hadden we elk zijn eigen kracht
Haar tot de doodstrijd moeten lenen.
Door vrees en hoop werd evenzeer
Ons hart misleid, bij 't pijnlijkst wachten.
Zij sliep. Wij zeiden: "Ze is niet meer."
Zij stierf. Toen sliep zij, naar wij dachten.
Want, toen de morgen koud en nat
Te voorschijn kwam met regenvlagen
Hield zij haar oogjes toe. Zij had
Een schoner dag zien dagen.
Madelieven (1870)
Schrijver: Nicolaas BeetsInzender: adm, 19 oktober 2011
Geplaatst in de categorie: overlijden