Nausikaa
Nausikaa, gij tedere, kuise maagd,
Ik zie u steeds op Platoons hoogten zweven,
Gij, die door smart wellicht nooit werd geplaagd,
Wat bracht Odysseus in uw kostbaar leven?
Hij deed uw ziel van een ontroering beven,
Waarvan gij nimmer, nimmer hebt gewaagd,
Getrouw was hem Penelope gebleven,
Zij, die zo lang door minnaars werd belaagd.
Hebt gij, o dierbaar kind, de held gevonden,
Die hem in schoonheid, wijsheid evenaart,
Of bleef gij eenzaam op uw blanke sponde?
Gezegend is uw nagedachtenis,
Uw hoogbeeld heb ik in mijn hart bewaard,
Vind ik u weer in Gods Geheimenis?
Rijmproeven (1937)
Schrijver: Reinier van Genderen StortInzender: Redactie, 12 februari 2012
Geplaatst in de categorie: idool