inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1893 - 1919

poëzie (nr. 2.212):

Meisje voor het feest

't Eérst, in blij ongeduld, kwam ze af. Nog toeft geen gast
Ter zaal. Week daar de deur...? de bout schuurt langs de luiken
En 't uur kruipt traag. De dis beurt, glanzend in 't damast,

Zwaar zilver en zoet ooft; in donker-koele kruiken
En transparante fluit smilt 't welig coloriet
Der kaarsen, die hun vlam tot een goud hart ontpluiken.

Wéér spiedt ze 't uur, en wijlt en peinst of 't kleedje niet
Een sieraad mist; ze wikt, 't blond hoofdje schuins genegen,
Het spiegelbeeld, dat lacht en dan weer droom'rig ziet.

En 't wordt een speelse lust, hoe 't mondje, toegeregen,
Pruilt en weer lacht; hoe slank op maat van menuet
't Gestrikte schoentje treedt; hoe gracelijk van bewegen

Haar buiging valt, hoe hoofs haar groet is en koket.
Totdat ze plots'ling bloost om 't ijdel zelfbehagen
En zich aan hogeschouw héél zedig nederzet,

Een glimlach om de mond, de wimpers neergeslagen.

Schrijver: Johan van 't Lindenhout
Inzender: Redactie, 21 september 2013


Geplaatst in de categorie: feest

5.0 met 3 stemmen aantal keer bekeken 335

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)