inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1876-1931

poëzie (nr. 2.323):

Liefde

Vaak heb ik in de slaap geplukt
Een witte, een rode roos,
Knikkende kinderlijk verrukt
Naar 't schoon dat ik mij koos.

Riep zon mij wakker door het raam,
Dan dacht ik: o, de roos;
Op 't dek hield ik de handen saam,
Maar leeg en liefdeloos.

En buitentredend, dromensmoe,
Vond ik het volk getooid,
Werpend elkander bloemen toe,
Doch ik heb niet gestrooid.

Wanneer zal op mijn morgensprei
het bloeien wit en rood,
en schud ik, springende in de rei,
De rozen uit mijn schoot?

Herscheppingen. Bekentenissen.

Schrijver: Aart van der Leeuw
Inzender: Redactie, 4 maart 2014


Geplaatst in de categorie: liefde

4.0 met 2 stemmen aantal keer bekeken 572

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)