inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1856 - 1936

poëzie (nr. 2.545):

Wanneer ik tot U kom

Wanneer ik tot u kom, dan lacht gij zacht,
En somtijds klaagt gij, maar als zij, die spreken
Van vroeg're smarten, die als dromen weken
En waar men in de droom om weent en lacht.

Maar als 'k alleen ben hoor ik dag en nacht
Uw snikken en ik zie uw tranen leken,
En voel uw hart wild slaan, alsof 't wil breken,
Maar kan niet, dàn verneem 'k uw luide klacht.

En dat zijt gij, dat weet ik, en ik wil
Niet leven voor uw schijnbaar zelf, dat lacht,
Maar voor de ziel der ziel, die in u lijdt, -

En als gij schijnbaar kalm en blijde zijt,
Zal 'k uw gedachten horen schreien zacht,
Of gij van verre staat en schreit - heel stil.

Van de liefde die vriendschap heet (XIX)

Schrijver: Albert Verwey
Inzender: Redactie, 22 december 2014


Geplaatst in de categorie: verdriet

5.0 met 1 stemmen aantal keer bekeken 614

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)