inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1884 - 1958

poëzie (nr. 2.565):

Aloëtte

'Hoe koel is 't in de morgenlucht,
Hoe is het loof verfrist!
O reeds doorboort de feller zon
De blauwe morgenmist!
Geen blad verroert: maar hoog en ver
Dringt door de stilten heen,-
Als 't lichten van een late ster,-
Eén jubeltoon alléén!

Wie is hij? wie heeft hem aanschouwd?
Wie heeft het hart gekend
Dat zo, door alle heemlen, zijn
Gewiekte hartstocht ment?
Wie is hij? die te zeggen waagt
In een zó hoge zang
Zijn liefde? en wordt niet lovensmoe
De hele morgen lang?
Wie is hij? die daar roerloos staat
Hoog in de ijle lucht?
O geen aards hart, met smart besmet,
Stijgt in zó steile vlucht
Te zingen voor de troon van God...!
Wij horen 't zwijgend aan...:
En vat gij niet de zin, mijn hart?
Eéns zult ook gij verstaan!'

Experimenten (1930)

Schrijver: Geerten Gossaert
Inzender: Redactie, 13 januari 2015


Geplaatst in de categorie: mystiek

4.0 met 2 stemmen aantal keer bekeken 569

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)