Raadgeving
Minnaars, wilt ge uit vrijen gaan,
Trek de stoute schoenen aan,
Schud de kindse blooheid uit,
Maakt ze, die ontvlieden, buit;
Neem het kusje, voor gij 't vraagt:
Nimmer wint hij, die niet waagt.
't Vrouwenhart is koel en wreed
Voor ons zuchten en ons leed;
't Wordt niet week door vrees of hoop;
't Is voor tranen niet te koop;
Hem-alleen, die 't eist en rooft,
Neemt het aan als heer en hoofd.
Overvallen we onverwacht
Dat oproerig schoon geslacht;
't Is manmoedig, zijn wij laf,
't Is bloohartig, zijn wij straf;
Geef uw krachten, zijt ge wijs,
Aan haar zwakheid niet ten prijs.
Op, te wapen! op, ten strijd,
Minnaars, zo gij mannen zijt!
Niet de lafheid - wel de moed
Steek u lauwren op de hoed;
De overheerser - niet de slaaf
Dwingt de vest tot overgaaf.
Gezamenlijke dichtwerken (1856)
Schrijver: Hendrik TollensInzender: Redactie, 21 oktober 2022
Geplaatst in de categorie: vrouwen