Aan Filira.
Wat tooit ge met benijde vingren
Die schone boezem schoner op?
Wat vlecht ge blaadje, bloempje en knop,
En doet ze óm ‘t fladdrend rokje slingren,
Terwijl ge 't haar met loof borduurt,
En spieglend in het vlietje gluurt?
Hou op! de tooi, waarmee ge u siert,
Verbijstert en verblindt mij de ogen!
Hou op! zo ge eens nog schoner wierd!...
Ik zou niet langer 't harden mogen.
Hou op! mijn boezem jaagt... Laat af,
Of zoveel schoonheid wordt me een straf.
Waartoe die dartle toverpracht?
Of eerde ik niet genoeg uw macht?
Beheerst gij niet genoeg mijn zinnen?
Och, spaar die praal, mijn liefde een hoon:
Gij maakt wellicht u meerder schoon,
Maar nimmer kan ik u meerder minnen.
Een twaalftal minneliedjes.
Schrijver: Hendrik TollensInzender: Redactie, 22 maart 2018
Geplaatst in de categorie: idool