Aan mijne vrienden
Als wij, op de weg des levens,
Aan de kant van 't stille water,
In een koele schaduw rusten;
Als de lieve zuidewindjes,
Dart'lend, door mijn lokken, spelen,
En der bloemen frisse geuren,
Door de zuiv're lucht verspreïen;
Dan gevoel ik al de wellust,
Die Natuur mij doet genieten;
Maar, hoe groot, hoe onuitsprekelijk,
Wordt die wellust, lieve vrienden,
Daar we in ons verenigd harte,
Die gevoelen en bezingen!
--------------------------------------------------------------------------------
uit: Proeven voor het verstand, den smaak en het hart (1790)
Inzender: Redactie, 22 februari 2024
Geplaatst in de categorie: natuur